‘Hé, de paboman, toch?’ Ik kijk om. Achter me staat een man. Ik herken hem eerst niet vanwege zijn mondkapje, maar dan zie ik dat het een collega is. Hij werkt voor een andere academie binnen Saxion en in het verleden kwam ik regelmatig bij hem om spullen te lenen. We staan in de gang op de begane grond in het gebouw van Hogeschool Saxion te Deventer, het is vrijdagmiddag 14.10 uur. ‘Ja, de paboman’, antwoord ik hem. ‘Dat is lang geleden dat wij elkaar gezien hebben.’ Even is het stil, dan een zucht vanachter zijn mondkapje. ‘Dit is mijn allerlaatste dag hier op Saxion. Ik ben officieel 100% afgekeurd.’
Ik had enorme zin in deze vrijdag. Voor het eerst sinds begin oktober zou ik weer eens studenten zien en die les mogen geven. Op mijn lesrooster stond namelijk voor deze vrijdag een excursie gepland naar de uiterwaarden tussen Deventer en Terwolde. Een uitstapje dat ik niet zomaar aan me voorbij zou laten gaan. Ik had daarom een verzoek tot het door laten gaan van deze veldexcursie bij het pabo-coronateam neergelegd. Na een dag kreeg ik toestemming. Het ging hier immers om een praktijkles die moeilijk online te geven is. Bovendien ging het om slechts negen studenten uit pabo-3 die natuuronderwijs als keuzevak hebben gekozen. We zouden de hele dag buiten zijn en ik zou toezien op de coronaregels zoals bijvoorbeeld de onderlinge anderhalve meter afstand.
Om half elf staan we klaar om te vertrekken. Een glimlach kan ik daarbij niet onderdrukken vanwege twee keurig geklede studentes, met parelwitte schoentjes en iets te dunne kleding. Ik weet wat er gaat komen, ik heb ze er zelfs voor gewaarschuwd. Rivierslijk, koude wind en struinen door kruipstruweel is wat ons te wachten staat. ‘Ach wat mooi, die fijne witte schoentjes’, plaag ik. De twee meiden lachen: ‘Ja Gert, het zijn oude hoor.’
Het wit van de schoenen is snel verdwenen en terwijl we ons een weg banen tussen de struiken, merk ik dat het rivierwater nog best hoog staat. Al glijdend en glibberend ploeteren wij door de modder, nu en dan stilstaand bij diersporen en bloeiende kleine veldkersplanten. We verbazen ons over plastic, drijfhout en plantenresten die op ongeveer twee meter hoog in de bomen hangen. ‘Stond het water echt zo hoog Gert?’ Daarna lopen we weer verder en komt het hoofddoel in zicht: het eiland dat alleen te bereiken is via een houten brug. Maar terwijl achter me vrolijke geluiden te horen zijn zie ik voor me een onbegaanbare brug die half onder water staat. De geluiden verstommen en we kijken ietwat beteuterd naar onze geblokkeerde weg.
‘Wat nou Gert, is de excursie nu voorbij, nee toch?’ Ik draai me om en glimlach: ‘Ben je gek, we beginnen pas. Als het gebaande pad niet toegankelijk is, moeten we op zoek naar een nieuwe. Onthoud dat goed, het is een levensles die je zo maar even gratis van me meekrijgt’, waarna ik schaterend een andere weg zoek richting het eiland. Na tien minuten ontdekken we een dam waarmee we het eiland ook kunnen betreden. ‘Gelukkig’, lach ik, maar blijkbaar doe ik dit iets te opzichtig want één van de studenten zegt: ‘Of wist jij dat deze dam er ook was?’ Ik hou wijselijk mijn mond. Wat volgt is een heerlijke dag vol veldonderzoek, mooie verhalen en gewoon hele blije ontspannen studenten. Na afloop bedanken ze me hartelijk en ik prijs me gelukkig met mijn baan. Daarna vertrek ik naar de opleiding om mijn materialen terug te brengen. En bij het wachten op de lift, in de gang op de begane grond, hoor ik opeens: ‘Hé, de paboman, toch?’
Mijn collega ziet dat ik schrik als hij vertelt dat hij een paar jaar geleden een val heeft gemaakt waarbij hij op zijn hoofd geland is. Aanvankelijk leek het wel te gaan. Toen echter duidelijk werd dat het herstel enorm traag ging, werd een bezoek aan de arts gebracht. De diagnose hersenletsel, veroorzaakt door de klap op zijn hoofd. Terwijl hij verder vertelt, komt bij mij de val van mijn Lilian naar boven. Drie jaar geleden op haar hoofd gevallen tijdens het schaatsen, daarna ruim twee jaar uit de running. In het eerste jaar vaak als een muurbloempje op de bank, bijgestaan door onze trouwe Golden Retriever Mick. Daarna langzaamaan opgekrabbeld, mede dankzij een bijzondere behandeling van het bedrijf Move the Brain waardoor ze uiteindelijk is hersteld. Terwijl mijn collega verder vertelt, zie ik weer Lilians geworstel en geploeter, haar onmacht en onzekerheid. Dan is het plotseling even stil. Ik knik naar hem. ‘Ik weet het kerel, ik weet van de impact, het is verschrikkelijk.’ Ik vertel hem over Lilian en over Move the Brain. Aandachtig luistert hij en we wisselen gegevens uit omdat hij nog niet eerder gehoord heeft van dit bedrijf. Ik wens hem sterkte. ‘Weet je Gert, ik denk dat het ooit wel weer goed komt, ik moet alleen nieuwe wegen vinden.’
Een half uur later rijd ik terug naar huis en denk na over die laatste zin. Opeens zie ik de ondergelopen brug van die ochtend weer voor me. De oude weg was niet meer toegankelijk. Er zat dus maar één ding op, een nieuwe zoeken. Ik hoop dat hem dat lukt!
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Registreer dan je mailadres en krijg vervolgens wekelijks gratis een bericht in je mailbox zodra een nieuw verhaal is gepubliceerd.
Comments