‘Maar wat denkt u dan als u hoort dat sommige mensen zeggen dat
het maar een gewoon griepje is?’ De verpleegkundige kijkt me met
een half oog aan. Haar andere anderhalve ogen zijn gericht op het
computerscherm voor haar. Met haar linkerhand stuurt ze het echoapparaat
over mijn hartstreek. Haar rechterhand bedient de computer
waarmee ze diverse gegevens invoert, grafieken in- en uitrekt,
minimale en maximale waardes bepaalt en af en toe nieuwe tabbladen
opent. De laatste keer dat ik zo’n apparaat zag, was toen mijn
vrouw zwanger was van ons tweede kind. Ook toen al fascineerde de
wereld van echografie mij.
Terwijl veel gedachten door mijn hoofd golven, weet ik niet goed
of ik haar zal antwoorden. Zo’n vraag zet de deur wagenwijd open
voor een gesprek over al die idioten die menen dat Covid-19 een licht
griepje, een hoax, een vooropgezet plan van verre geheime diensten
is. Een discussie over al die eigenwijze Nederlanders die het beter
weten, die in hun twitteraccount Viruswaanzin of Viruswaarheid
heten, die anderhalve meter echt anderhalve meter teveel vinden,
die mondkapjes maar vervelend vinden en die waarschijnlijk woensdagavond
al hospolonaisden door de Haagse feesttent, vlak voordat
al hun vrijheid door dictator Rutte werd afgenomen.
Haar vraag aan mij komt vanuit verbazing nadat ik haar verteld heb
dat ik al vanaf half maart aan het sukkelen ben vanwege het virus.
Ze schrikt er zichtbaar van. Niet dat ze zielig kijkt of plotseling al
mijn zorgen wil dragen. Niks daarvan, daarvoor is ze gelukkig veel te
professioneel. Nee, ze schrikt gewoon, stopt even met haar werk, laat
het apparaat op mijn borst rusten, laat het scherm voor wat het is
en kijkt me recht in mijn ogen aan. Haar donkerbruine ogen stralen
verbazing, bezorgdheid maar ook compassie uit.
En ik, wat denk ik? O jee, als dat apparaat nu maar wel goed mijn
hart echoot. Want stel dat deze plotselinge stilstand van haar handelen
ervoor zorgt dat er een geluidsgolfje verkeerd wordt geplaatst
in de grafiek, dat de cardioloog vervolgens een verkeerde diagnose
stelt. Ik zie mezelf al liggen bij een open hartoperatie. Nee het is me
volstrekt helder, ik moet nu even helemaal niets zeggen.
En zo geschiedt, ik antwoord niet. Dus is het even stil. Zo’n drie, vier
seconden. Net voordat de stilte ongemakkelijk wordt, beantwoordt
ze zelf haar eigen vraag: ‘Het zijn idioten, als je het mij vraagt.’
Vijf minuten later is ze klaar. ‘Ik zie niks alarmerends, maar de cardioloog
geeft u later de uitslag.’ Ik knik. ‘Heeft u verder nog vragen?’
‘Eh ja’, antwoord ik, ‘kon u ook zien of het een jongetje of een
meisje is?’ Twee seconden is het stil, waarna haar daverende lach de
behandelkamer vult. Ik glimlach naar haar en bedank haar. ‘Ik vind
het fijn dat er mensen zijn zoals u’, zeg ik. Ze knikt verlegen en met
een ‘dank u wel’ houdt ze de deur voor me open.
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Registreer dan je mailadres en krijg vervolgens wekelijks gratis een bericht in je mailbox zodra het verhaal is gepubliceerd.
Comments